Scrabble

Scrabble is een spel dat wordt gespeeld door 2, 3 of 4 personen. Het gebruikt een bord met vierkantjes (15×15) en een groot aantal letters op kleine tegels. Elke speler die aan de beurt is, moet een woord op het bord zetten met een van de zeven letters (zeven tegels) die hij/zij voor zich heeft. Hun woord moet aansluiten bij wat er al op het bord staat.

Hoe te spelen
De spelers beslissen wie er begint door één letter (één tegel) uit de zak te pakken. De persoon met de letter die het dichtst bij het begin van het alfabet staat mag beginnen.

Elke speler neemt zeven tegels uit de zak (zonder te kijken naar wat ze zijn). De speler legt deze tegels op een rekje voor zich zodat hij ze kan zien, maar de anderen kunnen niet zien welke letters hij heeft. Na elke beurt kan een speler een aantal nieuwe letters uit de zak pakken, zodat hij weer zeven letters heeft voor zijn volgende beurt.

De eerste speler zet een woord op het bord met een aantal of alle van zijn zeven letters. Hij moet het vakje in het midden opnemen. De volgende speler is dan aan de beurt. Zijn woord moet ergens aansluiten bij wat de andere speler al heeft gelegd. Soms is het mogelijk om twee of meer woorden in een beurt te maken door andere letters aan te raken, maar elk woord op het bord dat horizontaal (van links naar rechts) of verticaal (van boven naar beneden) wordt gelezen moet een goed woord zijn (geen namen) maar afkortingen (verkorte vormen) zijn toegestaan.

Elke tegel (elke letter) heeft een aantal punten. De gebruikelijke letters zoals A, B, T, etc. zijn één punt waard. Ongebruikelijke letters zoals Q en Z zijn 10 punten waard. Er zijn ook twee lege tegels die gebruikt kunnen worden voor elke letter. Een speler moet zeggen wat de letter is als hij deze neerlegt, bijvoorbeeld dat “C” “A” “Blank” “Blank” betekent “CAT”. Tijdens de rest van het spel moet die lege tegel behandeld worden als een letter “T”.

Er zijn verschillende velden op het bord waar een speler extra punten kan krijgen. Sommige velden staan de speler toe om die letter twee keer (lichtblauw) of drie keer (donkerblauw) te tellen, andere velden staan hem toe om het hele woord twee keer (lichtrood) of drie keer (donkerrood) te tellen.

Het doel van het spel is om zoveel mogelijk punten te behalen. Een lang woord krijgt niet altijd zoveel punten als een korter woord. Het hangt ervan af welke letters gebruikt worden. Het is ook een goed idee om geen woord te zetten waarmee de volgende speler een hoge score kan behalen.

Er zijn speciale Scrabble-woordenboeken beschikbaar waarin alle toegestane woorden staan vermeld. Bij het spelen volgens de juiste regels is het niet toegestaan om een woordenboek te gebruiken om een woord te vinden. Echter, als een van de spelers een andere speler uitdaagt (d.w.z. als hij zegt: “Het woord dat je hebt neergezet is niet toegestaan”), dan mogen de spelers het in het woordenboek controleren. Als het woord niet bestaat, moet de speler zijn letters terugnemen en verliest hij zijn beurt.

Na een tijdje zitten er geen letters meer in de zak. Het spel is afgelopen als één speler geen letters meer heeft. De andere spelers moeten de punten tellen voor de letters die ze nog voor zich hebben, en ze weghalen van hun totale score.